Beginselen verwerking persoonsgegevens in de AVG

donderdag 15 maart 2018

Niemand kan er meer omheen: vanaf 25 mei is de Algemene Verordening Gegevensbescherming van toepassing. Daarin is geregeld hoe met persoonsgegevens van natuurlijke personen moet worden omgegaan. Behalve veel regels bevat de AVG ook een aantal beginselen. Die moeten bij de verwerking van persoonsgegevens te allen tijde worden gerespecteerd.

Het gaat om de volgende beginselen, die alle te vinden zijn in artikel 5 lid 1 van de AVG.Rechtmatig, behoorlijk en transparant

Het eerste beginsel houdt in dat de verwerking van persoonsgegevens ‘rechtmatig, behoorlijk en transparant’ is. Dat zijn dus eigenlijk drie beginselen in één.

Wat rechtmatigheid inhoudt, wordt onder andere uitgewerkt in artikel 6 van de AVG. Daarin staan de zogenaamde verwerkingsgronden. Verwerking van persoonsgegevens is onder andere toegestaan als de betrokkene daarvoor toestemming gaf, de verwerking noodzakelijk is op grond van de wet, of voor de uitvoering van een overeenkomst.

Wat ‘transparant’ betekent, blijkt uit de manier waarop toestemming is geregeld in artikel 7 van de AVG. Daarin staat op welke manier toestemming mag worden gevraagd voor de verwerking van persoonsgegevens. Die manier moet vooral heel duidelijk zijn verwoord.
Doelbinding

Als tweede beginsel noemt de AVG dat van de zogenaamde ‘doelbinding’. Dit beginsel houdt in dat persoonsgegevens verzameld mogen worden als het doel welbepaald, uitdrukkelijk omschreven en gerechtvaardigd is. Wanneer iemand dus persoonsgegevens vraagt, moet hij weten met welk concreet en specifiek doel hij dat vraagt. Los hiervan is overigens verwerking met het oog op archivering in het algemeen belang, wetenschappelijk of historisch onderzoek of statistische doeleinden wel toegestaan.Minimale gegevensverwerking

Het derde beginsel dat de AVG noemt, is dat van de zogenaamde ‘minimale gegevensverwerking’. Dit betekent dat alleen die persoonsgegevens gevraagd mogen worden die echt nodig zijn voor het doel waarvoor die worden verwerkt. De AVG gebruikt de woorden ‘toereikend’, ‘ter zake dienend’ en ‘beperkt tot wat noodzakelijk is voor het doel waarvoor ze worden verwerkt’.Juistheidsbeginsel

Artikel 5 lid 1 d zegt dat persoonsgegevens ‘juist’ moeten zijn en zo nodig geactualiseerd. Dit betekent dat alle redelijke maatregelen moeten worden genomen om gegevens die, gelet op het doel waarvoor zij worden verwerkt, onjuist zijn direct te wissen of rectificeren. En het brengt ook de verplichting met zich mee om persoonsgegevens actueel te houden, gelet op het doel van de verwerking.Beginsel van opslagbeperking

Het vijfde beginsel is het beginsel van opslagbeperking. Dit houdt in dat persoonsgegevens worden bewaard in een vorm die het mogelijk maakt betrokkenen niet langer te identificeren dan voor het doel waarvoor de persoonsgegevens worden verwerkt noodzakelijk is. Een uitzondering geldt voor archivering in het algemeen belang, wetenschappelijk of historisch onderzoek of statistische doelen.Integriteits- en vertrouwelijkheidsbeginsel

Ook is er het integriteits- en vertrouwelijkheidsbeginsel. Kort gezegd houdt dit in dat de verwerking van persoonsgegevens voldoende beveiligd moet zijn. Zodat onrechtmatige verwerking of verlies van persoonsgegevens wordt voorkomen.

Verantwoordingsplicht
Artikel 5 lid 2 AVG zegt dat de natuurlijke persoon, rechtspersoon of overheidsinstantie die persoonsgegevens verwerkt (verwerkingsverantwoordelijke) altijd moet kunnen aantonen dat hij zich hield aan de begindelen van artikel 5 lid 1 AVG. Hoewel de beginselen algemener zijn dan de regels, zijn ze dus niet minder verplichtend.

Slot
Heeft u vragen over de toepassing van de AVG binnen uw bedrijf of organisatie? Of wilt u weten wat uw rechten zijn voor de verwerking van uw persoonsgegevens? Neem dan telefonisch contact op via 06-338 24 563. Of stuur een e-mail aan info@groenenboomadvocaat.nl. Wij helpen u graag!

Deel dit bericht via